woensdag 7 september 2016

50.000.000

Vanmorgen tijdens mijn ochtendwandeling met Guus  -Guus is mijn hond-  voel ik weer eens blog opborrelen. Ik heb een beetje slecht geslapen, dus het zou kunnen dat deze iets zuurder klinkt dan jullie doorgaans van mij gewend zijn. Verder lezen is volstrekt op eigen risico, maar zeg niet dat ik jullie niet gewaarschuwd heb. Oh ja, waar ik jullie ook nog op wil wijzen is het feit dat mijn verhaal bol staat van de aannames. Dat mag, vind ik in een verhaal. Bovendien heb ik me schuldig gemaakt aan een variant op het etnisch profileren. Niet op ras, maar op leeftijd in mijn geval. Net zo fout! Komt vooral veel voor op de arbeidsmarkt, maar daar gaat het nu niet over.  Wat mij triggerde vanmorgen was Tim. Tim is een peuter van een jaar of vier. Deze week voor het eerst naar school, hartstikke spannend. Tim loopt naast zijn oma, althans dat denk ik.  Dat profiel heb ik haar opgeplakt. Een jonge oma dat wel. Waarschijnlijk is het ook voor haar de eerste keer dat zij haar kleinzoon naar school brengt, ook hartstikke spannend. Ze lopen achter me. Als Guus moet plassen kijk ik achterom.  Tim dribbelt op zijn korte beentjes naast zijn oma, zijn vuistje stevig in haar hand geklemd. ‘Oma’ vraagt Tim, ‘wanneer gaan we weer naar de camping? Je weet wel oma, waar die kindjes allemaal zo raar praten.’ ‘Die kindjes praten niet raar, maar ze wonen in en ander land en daar praten ze in een andere taal. Als jij straks goed je best doet op school, kun jij ze later heel goed verstaan.’ zegt oma pedagogisch. Maar Tim is een volhouder en laat zich niet met een kluitje in het riet sturen. ‘Maar wanneer gaan we nu weer naar de camping dan?’ Ik zie oma worstelen. Zeggen dat het jochie nog 330 nachtjes moet slapen, kan ze niet over haar hart verkrijgen. Dus zegt ze ‘Oh, maar Tim dat duurt nog heel lang.’ Ik zie het onderlipje van Tim trillen, oma ziet het ook. Dat wordt janken! En dat op de eerste schooldag. ‘Maar we gaan eerst nog op wintersportvakantie Tim, net als vorig jaar. Weet je dat nog wel? We gaan dan weer in zo’n hotelletje slapen……………..’Oh ja’ zegt Tim. Hij weet het weer en weg zijn de tranen. Guus is uitgeplast en uit gesnuffeld. Ik draai me om en denk aan het rapport van Unicef wat vanmorgen is verschenen. 50.000.000 kinderen wereldwijd op de vlucht voor oorlog, extreme armoede en geweld. Allemaal kindjes die raar praten.

Ik oordeel niet hoor, veroordeel ook niet. Dit is nu eenmaal onze rijke westen. Ik verbaas me hoogstens over het feit dat oma de teleurstelling van Tim denkt te moeten compenseren door iets  -bijna net zo leuk- in het vooruitzicht te stellen. En ach Tim, waarschijnlijk gaat hij in de herfstvakantie nog wel naar Eurodisney